Nieuw bestuurslid van Stichting 100 jaar Dam Jaarsma

Sinds 30 september jl. ben ik met veel enthousiasme als algemeen bestuurslid toegetreden tot de Stichting 100 jaar Dam Jaarsma. Hoe ben ik daar zo toe gekomen?

Samen met mijn man, Gosse Koopmans, woon ik nu alweer sinds 2001 in het sfeervolle Dam Jaarsmahûs. Het is al een verhaal op zich hoe we hier terecht zijn gekomen. We woonden nl. in Elst (Gelderland) en Gosse kreeg steeds meer opdrachten om het Friese landschap te schilderen. Dus op een dag nam hij me mee naar Friesland om een huis te bekijken, terwijl ik nog helemaal niet erover dacht om te gaan verhuizen (ik had een vaste kantoorbaan in Velp en een hoop vrienden in Arnhem en omgeving). Maar toen we het Dam Jaarsmahûs binnen gingen en vooral toen ik in de keuken stond en die prachtige oude tegeltableaus en het knusse alkoofje zag, was ik verkocht.

Later bleek ook nog eens dat de vader van Gosse, Klaas Koopmans, bevriend was geweest met Dam Jaarsma. Bij navraag bleek dat alle broers en zussen van Gosse wel eens hier in huis waren geweest; behalve Gosse! En nu wonen wij hier in zijn oude sfeervolle huis, dat helemaal bij ons past en waar we ons vanaf de eerste dag thuis hebben gevoeld.

Wij zitten dagelijks waar Dam Jaarsma ook heeft gezeten en geleefd, en het schijnt dat ik mijn bureau op dezelfde plek heb staan als waar hij aan zijn bureau zat. Ik ben ervan overtuigd dat de sfeer van Dam nog helemaal in het huis zit, inmiddels vermengd met onze eigen sfeer. Ik zie bijna nog al zijn boeken op de planken (wij hebben “zijn” boekenkast ook bomvol staan met boeken) en zijn creatieve geest waart nog rond en inspireert ons beiden. We delen zijn liefde voor taal en voor mooie verhalen. En net als Dam houden wij ook van mooie dingen; als ik zie wat hij allemaal verzameld heeft aan b.v. borduurhandwerkjes of gebreide mutsjes dan is het duidelijk dat hij oog had voor wat mooi en waardevol is. Die liefde voor het verfijnde handwerk deel ik zeker met Dam Jaarsma; ik heb een atelier vol met hobbyspullen, waaronder ook handwerk-, haak- en breispullen, mooie kraaltjes en kantjes. Bijzonder toch? Hoe meer ik nu te weten kom over Dam Jaarsma, hoe meer ik me met hem verbonden ga voelen, en hoe meer ik me verbonden ga voelen met Eastermar, mede dankzij de bijdrage die ik kan leveren aan de Stichting om zijn werk weer onder de aandacht te brengen en zoveel mogelijk mensen kennis te laten nemen van zijn bijzondere kijk op de dingen.


Sharon van Beek-Koopmans

DJ-logo

OPLOSSING PRIJSVRAAG

Dam Jaarsma verzamelde veel verschillende soorten voorwerpen die tegenwoordig niet meer gebruikt worden, o.a. centsprenten en opticaprenten. In het oktobernummer van Breedút schreven we daarover een prijsvraag uit voor de schooljeugd:

Welk kind (van 6 tot 12 jaar) kan in eigen woorden uitleggen wat een centsprent en een opticaprent is?

We hebben geen inzendingen gekregen. Onze vragen waren misschien wat moeilijk. Daarom leggen we het hier uit.

Centsprent
Een centsprent is een vel papier met één of meer plaatjes met een korte tekst die uitlegt wat er op de plaatjes te zien is. Vaak is de uitleg op rijm. De traditionele centsprent vertelde een verhaal, bijvoorbeeld een oud volksverhaal of een verhaal over heiligen en helden. Of een sprookje, een fantasie (bijvoorbeeld Luilekkerland) of een verhaal uit de Bijbel. Ook kon een centsprent een soort krant zijn die een belangrijke ramp, veldslag of misdrijf liet zien. Er waren ook centsprenten die mensen iets moesten leren, bijvoorbeeld abc- en rekenprenten, prenten over vaderlandse geschiedenis, ambachten en beroepen, de jaargetijden, planten en dieren. Iedereen kocht en las centsprenten: kinderen en volwassenen, arm en rijk. Maar de prenten werden ook naverteld en voorgelezen.

Vanaf de 18e eeuw werd de centsprent steeds meer een kinderprent. Toen veranderden ook de vorm en inhoud. De nieuwe kinderprenten werden vanaf de 19e eeuw informatiever, maar ook belerend en moraliserend.

Centsprenten werden gemaakt in de tijd dat er nog geen TV, DVD en Internet bestond, vanaf ongeveer 1410 tot de 20ste eeuw.

De centsprent is dus eigenlijk de voorloper van de strip, maar dan op een groot vel papier, iets groter dan wat wij nu A3-formaat noemen. En waarom heet zo’n prent een ‘centsprent’? Het antwoord is heel eenvoudig: Omdat ze voor 1 cent per prent te koop waren.

Opticaprent
Een opticaprent is een felgekleurde plaat met perspectief, die met een speciaal apparaat bekeken moeten worden. Dat apparaat is een speciale kast met spiegels en heet ‘opticaspiegel’. Als je een opticaprent bekijkt met een opticaspiegel, zie je het plaatje van de prent in 3D.
Televisie bestond nog niet in de 18e eeuw, maar met de opticaprenten kwam men toch al aardig in de buurt. De opticaprenten waren destijds dan ook erg populair. Bijbelse verhalen, de wereldwonderen, hemellichamen, verre steden, bekende mensen etc. kwamen zo in 3D via deze kasten en kermissen de wereld van de gewone mensen binnen. De opticaprent was dus eigenlijk de voorloper van de 3D-film en de opticaspiegel de voorloper van de 3D-bril.

Een voorbeeld is een opticaprent over de aardbeving in Oppido (Calabrië) in 1783. Als je de prent bekijkt, zie je het “televisiejournaal” van 5 februari 1783 met een rechtstreekse rapportage over de aardbeving: De gebouwen lijken weg te smelten, er zijn rastertechnieken die zware schaduwen over de stad trekken, likjes rode verf wijzen op het bloedblad tussen de bruingrauwe stenen. Net echt. Het bijzondere is dat wanneer je er van dichtbij naar kijkt, je merkt dat de prenten niet overal binnen de lijntjes gekleurd zijn. Zonnig weer ontstaat door de voorkant van de opticaprent te belichten. De nacht wordt nagebootst via gaatjes en uitsnijdingen met daarachter gekleurd papier waar een kaars achter brandde.

Bestuur Stichting 100 jaar Dam Jaarsma

Ander nieuws van st. Dam Jaarsma: