P1030545

Was er vroeger alleen maar water op ’t Breed, echt helemaal geen straat?!?

'Je eigen omgeving', het projectthema op De Balsemyn voor de komende weken, begon donderdag 4 mei met een dorpsrondleiding door eigen dorp. Onder leiding van onze gidsen Aukje, Wijbe, Elle en Baukje werden de kinderen van groep 4 t/m 8 rondgeleid langs en door (de historie van) hun dorp, beroemde inwoners uit Eastermar, de herkomst van sommige (straat)namen, verhalen en nog meer.

De kinderen van de onderbouw hadden van te voren zelf vragen bedacht die ze zouden gaan stellen. Het was maar liefst een heel A4-tje vol: “Wat is het oudste huis van het dorp?”. “Leefden er vroeger Dinosauriërs in Eastermar en zo ja, zijn er dan ook nog dino-botten te vinden?”, “Zijn er ook bunkers waar mensen gingen onderduiken in de Tweede Wereldoorlog?”, “Is de Tweede Wereldoorlog ook in Eastermar geweest?”, “Wat kunnen jullie vertellen over De Kleine Stins?”, “Waarom is de broekophouder er?” enz., enz. De leerkrachten, de meesten niet uit Eastermar, leerden ook van alles en schreven ijverig mee ...

Dat kinderen niet voor één gat te vangen zijn wisten we natuurlijk al, maar dat ze ook prima bedenkers zijn van nóg een (vierde!) variant over de oorsprong van de naam ‘Broekophouders’ hadden we van te voren niet voorzien. Zo ontstaan dus volksverhalen. Dam Jaarsma zou deze versie van het verhaal van de jonge Eastermarder zeker opgeschreven hebben.

Sommige antwoorden op vragen van de gidsen waren verrassend , maar ook goed te begrijpen vanuit de huidige tijd. “Weten jullie waar de straatnaam ‘Snakkerbuorren’ vandaan komt?” vroegen de gidsen aan de kinderen van alle acht groepjes. Vingers omhoog, dat wisten sommigen wel: “Omdat die straat vlakbij de snackbar is!”. Of: “Omdat ze daar altijd zaten te snacken”. Nog een variant: “Daar aten ze vroeger hun Snickers”. En ‘De Kjellingen’, waar komt die naam vandaan? Aan creativiteit en associatieve denkkracht geen gebrek, zo bleek duidelijk: “Daar waren vroeger de kealtsjes”, “Daar was het kjeldich”. Nou nee, niet helemaal; bijna goed zullen we maar zeggen.

En die Dino’s, hoe zit het daarmee? Toen de gids de kleine vragensteller opnieuw teleur moest stellen omdat er zelfs geen heel klein dinobotje te vinden was geweest hier, vertelde ze dat er toen ook nog geen Nederland was. De rivieren moesten Nederland toen nog ‘maken’. Ook nog aardrijkskundeles tijdens de rondleiding! Als enige troost kon de gids hem de wolharige mammoet noemen én natuurlijk beren. Misschien een slap aftreksel van een dino, maar lang niet gek voor Eastermar! Toch?

Wilt u nu weten hoe het zit met die namen: ‘Snakkerbuorren’, ‘Kjellingen’ en andere? Of hoort u graag anekdotes en écht gebeurde verhalen uit uw eigen dorp? Schrijft u zich dan in voor een rondleiding met verhalen door Eastermar, via www.damjaarsma.nl

En die ‘Kleine Stins’? Tja, zelfs de meest ervaren gidsen weten soms ook niet antwoord op álle (kinder)vragen ... Welke Eastermarder helpt?!

Meer foto’s op www.facebook.com/damjaarsma

Leerkrachten, kinderen en gidsen: bedankt!

P1030531P1030535

P1030535P1030535P1030535P1030535

Ander nieuws van st. Dam Jaarsma: